- begeven
- {{begeven}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [kapotgaan] break down ⇒ fail, 〈instorten〉 collapse, 〈doorzakken, doorbreken〉 give way, 〈informeel〉 conk out2 [verlaten] forsake ⇒ leave, fail 〈kracht, hoop〉♦voorbeelden:1 de auto kan het elk ogenblik begeven • the car is liable to break down any minute2 zijn stem begaf hem • his voice brokeII 〈wederkerend werkwoord; zich begeven〉1 [ergens heengaan] proceed ⇒ embark ((up)on) 〈reis, onderneming〉, adjourn (to) 〈naar andere kamer〉♦voorbeelden:1 zich in gevaar begeven • expose oneself to dangerzich onder de mensen begeven • mingle with other peoplezich op het slechte pad begeven • go astrayzich op weg begeven (naar) • set out (for)
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.